Keuzeoverzicht van uw voorouders (from http://www.emersonkent.com) |
Er zijn meer aio’s, postdocs en tijdelijke
posities dan leerstoelen, terwijl de laatst genoemde posities een langer
gedeelte van het leven betreffen. Vermoedelijk worden diegenen die niet de top
van de piramide bereiken niet levend begraven in verloren onderzoekskelders,
maar men zegt dat ze wellicht hun plekje in het bedrijfsleven vinden. Nu zie ik
persoonlijk wel in hoe een doctoraal in experimentele psychologie nuttig kan
zijn voor allerlei bedrijven – zie het interview met een medewerker van Shell
in dit nummer – maar of stapels extra ervaring met de meest complexe software,
psychofysiologische technieken en publicaties voor specialistische
tijdschriften nu een enorme meerwaarde opleveren, betwijfel ik. Daar kan ik me
in vergissen en ik zou hier graag een stukje willen wijden aan tegenargumenten,
maar vaak genoeg lijken aio’s die niet “in de wetenschap” blijven, te
verdwijnen.
Na twaalf jaar vooral vertoefd te hebben “in de
wetenschap”, begon bij mij in ieder geval dat gevoel te knagen: “cassière zijn,
is dat iets?”Vooral om de wanhoop een halt toe te roepen, heb ik mezelf eens
opgelegd om een stevig aantal sollicitaties de deur uit te doen. Helaas is het
aanbod van psychonomen in Nederland tamelijk groot, zeker nu psychologie al
enige tijd één van de populairste studies is. Echter, nu heb ik al twee en een
half jaar in Nottingham gewoon en gewerkt en bezag Europa, dankzij de EU, als
één grote arbeidsmarkt. Ook in het buitenland blijkt echter een overschot aan
psychologen. Gelukkig is het inmiddels toch gelukt om een plek te vinden, dus
zoals Julie Andrews het zou bezingen: “Somewhere in my youth or PhD-hood, I
must have done something good”. Zodoende schrijf ik in de hoop dat iemand iets
aan mijn ervaringen zal hebben.
Ik heb het dan vooral over het Verenigd Koninkrijk
(VK), waar ik de meeste anecdotes over kan vertellen. Daarnaast is er hier een
belachelijke hoeveelheid universiteiten. Dat komt omdat, in de afgelopen
decennia, steeds meer ‘polytechnics’ (zeg, HBO’s, MBO’s) universiteitsstatus
hebben gekregen, en dan lijken dergelijke instellingen zich ook steeds meer te
gaan gedragen als zodanig. Het nadeel is dat er een enorm verschil is tussen
zeg, the University of Nottingham (QS world ranking 74 – vs Leiden 88) en
Aberystwyth University (QS world ranking 400-450 – vs Groningen 115). Daarmee
wil ik niet zeggen dat Groningen en Wales zo vergelijkbaar zijn; eerder, dat
het verschil in kwaliteit tussen universiteiten binnen Nederland en Groot
Britannië van een andere orde is.
Universiteiten, een selectie anno 2012..
Algemeen
Toen ik begon met solliciteren werd brief na
brief geretourneerd met een automatisch antwoord. Ik vroeg mijn Britse collega
eens te kijken of ik iets vreemds over het hoofd zag. Hij vertelde mij hoe zijn
sollicitatiebrieven naar Australië met een dergelijke spoed werden afgewezen,
totdat bleek dan men daar 3 á 4 pagina’s aan brief verwacht, in plaats van 2
zoals in Engeland. Mij is vroeger verteld dat meer dan 1 pagina vooral
vermoeiend is voor diegenen die als eerste de brief lezen (i.e. HR, human
resource department). Met andere woorden, er zijn bepaalde culturele
verschillen tussen wat men ongeïnteresseerd/ongemotiveerd kort of juist
vermoeiend/langdradig lang vindt. Het is een goed idee om daar van te voren
achter te komen.
"Lecturer"-traject
Onderzoekservaring is mooi meegenomen, maar is
lang niet zo belangrijk als ik in het begin dacht. Beschrijf in de brief kort,
en voor een zo groot mogelijk publiek toegankelijk (vooral voor HR die een
groot deel van de eerste ronde behandelen) de dissertatie, of eerder gedaan
onderzoek, onder ‘monograph’. Het staat mooi als de uitgever van de dissertatie
(Ipskamp voor veel aio’s, begrijp ik) genoemd kan worden.
Is het aio traject nog lopende, probeer vooral
in zoveel mogelijk vakken (modules) les te geven. Men vindt het prettig, bij
kleinere universiteiten, als de docent flexibel inzetbaar is.
Is het aio traject afgelopen, vergeet vooral
niet op de verschillen te duiden tussen bursalen in Engeland of elders (geven
minder onderwijs, krijgen meer onderwijs, meestal drie jaar) en aio’s in
Nederland.
Kernwoorden zijn: interdisciplinair,
internationale contacten, binnengehaalde grants. Daarnaast staat
maatschappelijke betrokkenheid, aantoonbaar door mee te hebben gedaan met
“community outreach events”, altijd goed. Wat ik de lezer ook niet wil
onthouden, als u het heeft over omgaan met studenten, is de zinsnede “pastoral
care of students”, maar misschien vindt u dat een iets te schilderachtige
omschrijving.
Mijn ervaring is dat de onderwijservaring wordt
gezien als onvoldoende, tenzij het een lecturer-naar-lecturer herpositionering
betreft. Tegelijkertijd is het vrijwel onmogelijk om meer ervaring op te doen. Een
mogelijke oplossing is dat men, in plaats van post-doc (VK: research
fellowship) na post-doc plaats af te lopen, men ‘teaching fellowships’ doet.
Daar lijken er echter weinig van te bestaan, misschien omdat wetenschappers
zelden veel tijd aan onderwijs willen besteden.
"Post-doc"-traject
Er zijn tamelijk veel openstaande post-doc
posities in het Verenigd Koninkrijk... en in Nijmegen, lijkt het op het moment
van schrijven. Let wel, er zijn veel meer aio’s dan post-docs, en weet U nog
hoe de competitie was toen U solliciteerde naar de aio-plaats?
Nu heb ik persoonlijk een ‘hardcore’
psychonomische achtergrond in die zin dat mijn collegae bijzonder verrast waren
toen ik aan het einde van mijn promotietraject plotseling iets met EEG ging
doen. Dat bleek uiteindelijk echter bijzonder nuttig, want hoe zeer ik mijn
aio-project belangrijker achtte dan de grootste Higgs boson), uiteindelijk
valt het tegen om een letterlijke extensie te doen van dat project. Het was
echter goed te doen om mijn ervaring met EEG elders toe te passen, ook al moest
ik daardoor minder star denken over het geliefde onderzoeksterrein. Met andere
woorden, specifiek onderzoek is moeilijk voort te zetten, maar methodologische
ervaring is altijd nuttig.
Daaraan verwant is het nuttig om dat
onderzoeksterrein, en de ervaring daarin, breed te kunnen vertalen naar de
gewenste positie. Ik heb, bijvoorbeeld, genoeg grond gezien om mijn geliefde
Stroop- en Simon-effecten te herinterpreteren, hoewel niet altijd met evenveel
succes, in termen van cognitieve controle – en dus, motor controle – zowel als
in termen van geheugen, spatiële perceptie, taalproductie, efficientie van kleitherapie
tot en met computer-gemediëerde sociale neuropsychologie.
Post-doc posities betreffen meestal een korte
(soms 4 maanden) tot minder korte periode (2-3 jaar). Hoewel het fantastisch
interessant is om over de wereldzeeën der wetenschap te zwerven, lijkt men dit
echter zelden lang vol te houden. Tijdens een post-doc positie, of aan het eind
van een promotietraject, is het dus goed om aan het binnenhalen van grants te
denken. Daarnaast, om terug te komen op de eerdere ‘lecturer’ tips: rond de tijd
dat een sollicitatieprocedure met goed succes afloopt, is het een goed moment
om een onderwerp als onderwijs aan te snijden. Veelal bieden post-doc
posities/grants geen onderwijslast, maar aan de andere kant kunnen
universiteiten altijd mensen gebruiken die onderwijslast op zich willen nemen.
Zelfs als die last niet veel voorstelt is het, denk ik, verstandig om toch op
zijn minst niet de onderwijsvaardigheden in onbruik te laten raken.
In de sollicitatiebrief voor post-doc posities
– ongeveer twee pagina’s in het VK – beschrijf ik achtereenvolgens: 1) het
vinden van de positie en wens tot solliciteren; 2) het PhD traject en
publicaties en de relevantie voor de positie; 3) beoefende methodologieën (EEG,
fMRI, TMS, etc); 4) persoonlijke eigenschappen – meestal in een punt-voor-punt
manier zoals in de vacature beschreven wordt, met voorbeelden; 5) een samenvatting van bovenstaande zodat ook het
HR department begrijpt waarom de kandidaat ge-wel-dig is. “Letters of
recommendation” van collegae en/of supervisors zeker toevoegen als
“bewijsmateriaal”.
Nu kan ik niet zeggen dat ik over de meest
ongeëvenaarde sollicitatievaardigheden beschik – pas na 16 brieven verstuurd te
hebben, vertrek ik binnenkort om in Helsinki te beginnen aan een post-doc
positie (met als thema, jazeker, computer-gemediëerde sociale
neuropsychologie). Vreemd genoeg kwamen, na tal van automatische antwoorden
(“We regret to inform you...”), mijn drie laatste brieven door naar de tweede
ronde. Dat kan heel goed toeval zijn, maar in het geval dat dit niet zo is,
hoop ik dat mijn ervaringen zinvol mogen zijn voor de lezer. Mochten wij echter
van mening verschillen, dan hoop ik dat u heil vindt in het volgende korte
lijstje links.
Nuttige websites:
THE ranglijst: www.timeshighereducation.co.uk/world-university-rankings/
QS ranglijst: www.topuniversities.com/
Posities, vooral in VK, met vooral handige sectie “psychologie”: www.jobs.ac.uk
Posities, vooral in Europa, in neuroscience: www.fens.org
Posities, maar vrijwel alleen in Nederland: www.academictransfer.com
* Ik heb verder niets tegen afwassers, hoewel ik
meestal niet mijn arbeidservaring in de kantine van Centrum 45 op mijn CV zet.
[MS]
Geen opmerkingen:
Een reactie posten